zondag 1 juni 2014

De Hanzestad Wismar


Vandaag hebben we de Hanzestad Wismar bezocht. We vertrokken om half elf vanuit de Westhafen, waar onze boot ligt. Het was ca. 1 km lopen naar het centrum van Wismar. Wismar ligt in de Duitse deelstaat Mecklenburg-Voor-Pommeren en telt ca. 43.000 inwoners. De stad is na Rostock, waar we morgen naar toe willen gaan, de tweede Oostzeehaven van de deelstaat. De geschiedenis dateert van de 13de Eeuw toen Wismar gesticht werd door Lübeckse kolonisten. Wismar is dus vanaf het begin planmatig aangelegd en kreeg al spoedig het Lübeckse stadsrecht. In 1259 sloot Wismar een handelsverdrag met Lübeck en Rostock en was de kiem van de Hanze, die zou uitgroeien tot het machtige handelsverbond waaraan ook Nederlandse steden zouden gaan deelnemen. Vanaf 1276 krijgt Wismar een stadsmuur en de snelle opkomst van de stad wordt onderstreept door de bouw van drie belangrijke kerken in de stijl van de baksteengotiek: de Marienkirche, de Nikolaikirche en de Georgenkirche. De graven van Mecklenburg verplaatsen in 1257 hun residentie van kasteel Mecklenburg naar Wismar, maar vertrekken weer in 1358. In 1631, tijdens de Dertigjarige Oorlog, wordt Wismar door Zweden veroverd. De Vrede van Osnabrück van 1648 laat Wismar aan Zweden en de stad blijft ook Zweeds na de Grote Noordse Oorlog, waarin Zweden bijna al zijn andere overzeese bezittingen verliest. In 1803 verpacht Zweden Wismar en omgeving voor honderd jaar aan het groothertogdom Mecklenburg en pas op 20 juni 1903 wordt de stad Duits. Rond die tijd is de industrialisatie op gang gekomen. De scheepsbouw ontwikkelt zich snel, maar ook de handel. In 1881 opende Rudolph Karstadt er zijn eerste winkel. Tegenwoordig is Karstadt een bekend grootwinkelbedrijf met filialen in heel Duitsland. Onder de nazi's krijgt Wismar een filiaal van de vliegtuigfabriek Dornier, die hier bommenwerpers ging bouwen en dat maakte de stad tijdens de Tweede Wereldoorlog het doelwit van geallieerde bombardementen, die zware schade toebrengen aan de stad. De Georgenkirche gaat in vlammen op, evenals een kwart van de woonhuizen. De hierbij redelijk beschadigde Marienkirche wordt later in augustus 1960 door de DDR-communisten opgeblazen, waarna slechts de toren tegenwoordig rest, terwijl het herstel van de ruïne van de Georgenkirche pas na de val van het IJzeren Gordijn is begonnen. Op 7 mei 1945 treffen de Brits-Canadese en Russische troepen elkaar in Wismar. De stad wordt vervolgens een deel van de DDR. De scheepsbouw ondergaat grote uitbreidingen, maar de binnenstad verkommert. Na de val van het IJzeren Gordijn is men begonnen aan het herstel van oorlogsschade en verwaarlozing. De stad is in 2002 samen met Stralsund op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO geplaatst. Op 3 september 2011 werd Wismar onderdeel van het district Nordwestmecklenburg. De voornaamste bezienswaardigheden zijn de Nikolaikirche, het op een na hoogste kerkgebouw in baksteengotiek ter wereld, het marktpein met de Alter Schwede (met 14de-eeuwse bakstenen gevel) en de Wasserkunst, het symbool van de stad. Dit is een paviljoen in Hollandse renaissancestijl, vanwaar het water over de stad werd gedistribueerd. Het imposante stadhuis is 19de-eeuws, dus veel minder oud dan in de meeste andere hanzesteden. Van de oude stadsverdediging rest nog een stadspoort. De Georgenkirche, de grootste van Wismar, kan inmiddels ook weer als bezienswaardigheid worden aangemerkt en heeft bovenin een prachtig en met een lift bereikbaar uitkijkpunt. Om drie uur hadden we hele stadje rondgewandeld en uitvoerig bekeken. Met al deze historische indrukken gingen we weer terug naar onze boot waar we om half vier aankwamen. Morgen gaan we naar de Hanzestad Rostock.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten